Beide kanten vorige revisieVorige revisie | Laatste revisieBeide kanten volgende revisie |
hetboek_leviticus [2015/04/30 19:20] – [5.3. Sjàbbàth] josquak | hetboek_leviticus [2016/02/04 17:22] – josquak |
---|
====1.2. Iets onmogelijks==== | ====1.2. Iets onmogelijks==== |
| |
Hoe komen we dan bij God? | Het [[hethebreeuws|Hebreeuwse]] woord voor “komen” is //bō//. //Bō// bestaat uit de letters [[2_beth|bēth]], [[6_waw|waw]] en [[1_alef|alèf]]. Het [[hethebreeuws#2.4. Het beeld|beeld]] van de //waw// is de haak. Een haak is iets dat twee zaken verbindt. In dit geval de letters //bēth// en //alèf//. De [[hethebreeuws#2.2. Het getal|getalswaarde]] van de //bēth// is 2 en de getalswaarde van de //alèf// is 1. //Bō// is dus het afleggen van de weg van de 2 naar de 1, van de tweeheid naar de eenheid. |
| |
Volgens het einde van het vorige boek, het boek [[hetboek_exodus|Exodus]], is dat iets onmogelijks. Volgens dat Bijbelgedeelte had God met zoveel schittering Zijn woning betreden dat geen mens daar binnen kon komen, zelfs Mozes niet.((Zie Weinreb, F (1976) //Korban//, p. 1.)) | In de wereld die wij kennen, staat tegenover elk “iets” een “tegen-iets”. Onze wereld is de wereld van de tweeheid. Iets dat “één” is, is in onze wereld ondenkbaar. Volgens de Bijbel bestaat die ondenkbare wereld echter toch. Die wereld is de wereld van God. |
| |
In de //Thorah// is Mozes degene die met God spreekt.((Zie [[dethorah#2. De schrijver van de Thorah|De schrijver van de Thorah]].)) Als zelfs Mozes niet bij God kan komen, kan niemand het. | //Bō//, ‘komen’, is vertrekken uit de wereld die wij kennen en aankomen in de ondenkbare wereld van God. |
| |
Het [[hethebreeuws|Hebreeuwse]] woord voor “komen” is //bō//. //Bō// bestaat uit de letters [[2_beth|bēth]], [[6_waw|waw]] en [[1_alef|alèf]]. Het [[hethebreeuws#2.4. Het beeld|beeld]] van de //waw// is de haak. Een haak is iets dat twee zaken verbindt. In dit geval de letters //bēth// en //alèf//. De [[hethebreeuws#2.2. Het getal|getalswaarde]] van de //bēth// is 2 en de getalswaarde van de //alèf// is 1. //Bō// is dus het afleggen van de weg van de 2 naar de 1, van de tweeheid naar de eenheid. | Hoe komen we bij God? |
| |
In de wereld die wij kennen, staat tegenover elk “iets” een “tegen-iets”. Onze wereld is de wereld van de tweeheid. Iets dat “één” is, is in onze wereld ondenkbaar. Volgens de Bijbel bestaat die ondenkbare wereld echter toch. Die wereld is de wereld van God. | Volgens het einde van het vorige boek, het boek [[hetboek_exodus|Exodus]], is dat iets onmogelijks. Volgens dat Bijbelgedeelte had God met zoveel schittering Zijn woning betreden dat geen mens daar binnen kon komen, zelfs Mozes niet.((Zie Weinreb, F (1976) //Korban//, p. 1.)) |
| |
//Bō//, ‘komen’, is vertrekken uit de wereld die wij kennen en aankomen in de ondenkbare wereld van God. Volgens het einde van het boek Exodus is dat iets onmogelijks. | In de //Thorah// is Mozes degene die met God spreekt.((Zie [[dethorah#2. De schrijver van de Thorah|De schrijver van de Thorah]].)) Als zelfs Mozes niet bij God kan komen, kan niemand het. |
| |
| |